
Oftewel “wat doen jullie nou de hele dag?” Deze vraag is ons al vaak gesteld. Ja, wat doen mensen in het algemeen als ze op reis zijn? Ze laten zich vervoeren, per vliegtuig, per trein, bus of ze trekken rond met de caravan. Dit laatste lijkt het meest op wat wij doen, alleen gaan wij niet 100 km. per uur, maar slechts 10. Veel tijd brengen wij dus door op het water. Afhankelijk van wind en zee zijn we dan bezig met zeilen. Zeilen hijsen, zeilen wisselen, zeilen binnenhalen. Als het rustig is luisteren we naar muziek, lezen of kijken gewoon rond, zwijgend, want de zee blijft fascineren. Iets te eten klaarmaken op een schommelend schip kost altijd de nodige energie en tijd.
Als we een nieuwe bestemming bereikt hebben en het anker stevig ligt, is het meestal einde dag. We gaan dan niet meer naar de wal, bekijken deze van een afstandje. Nemen een frisse duik, Hans kijkt of het anker goed ligt en douchen. We schenken een glaasje in en zoeken naar boten met Nederlandse vlaggen want je ligt hier nooit alleen op een ankerplaats. Dan koken we een lekker potje, zetten de buitentafel op, kopje koffie na. Na een dag varen moeten we meestal ook nogal wat opruimen, afwassen. We gaan vroeg te kooi … zeilen en hitte zijn vermoeiend.
Als we de volgende ochtend wakker worden moeten als eerste de zonzeiltjes weer opgehangen worden en dek opgeruimd. Hoezen gaan over de zeilen, lijnen opruimen zodat je er niet over struikelt.
Net als thuis moet er weer gezorgd worden voor vers voedsel en drinken. We maken dus alles klaar om naar de wal te gaan. Het bijbootje wordt in het water getakeld, de buitenboordmotor erop, benzinetankje bijvullen, de zwemtrap ophangen. Het is dus niet zomaar even de auto starten en naar de supermarkt racen.
Eenmaal op de wal gaan we eerst weer de formaliteiten verrichten en op zoek naar het douanekantoor, de immigration officer voor het stempel in het paspoort en de havenauthoriteit. We vullen het lange formulier weer in, gaan ermee naar immigration, daarna weer terug naar het douanekantoor, dan naar de port authority en die geeft ons weer een papier voor het douanekantoor. We lijken wel koeriers. En dan op zoek naar bier, water en voedsel.
De supermarkets zijn erg klein en het aanbod niet echt groot. Vers vlees is hier in de Carieb nergens te krijgen maar ligt altijd in grote vriezers, meestal ook in grootverpakking. Voor ons moeilijk want de koelkast is niet altijd koud genoeg om vlees te bewaren. Op sommige eilanden is er ook geen zuivel te koop, op een kuipje boter na. Melk komt in de vorm van lang houdbaar of poedermelk. Het is altijd erg zoeken in de winkeltjes. De waren staan niet altijd even logisch opgesteld en groente en fruit ligt in de gangpaden, soms in dozen, soms gewoon op de grond. Rijst en suiker wordt soms alleen aangeboden in grote balen. Op de franse antillen vind je wel Carrefour supermarkten en kan je de koelkast weer vullen met yoghurt en lekkere kaas. Europese produkten voor, helaas ook, Europese prijzen. Vers fruit en groente kopen we altijd op de lokale marktjes. Soms is hiervoor een grote marktruimte, soms gewoon op straat. Fruit uitzoeken vinden we soms moeilijk omdat je de vruchten niet kent en je dus vaak ook niet weet wanneer ze rijp genoeg zijn om te eten. Maak je ze open en blijken ze onrijp dan moet je ze weggooien. Of te rijp is ook niet lekker. Wel eens geprobeerd een te rijpe mango te eten? Grapefruits en mandarijnen zijn het lekkerst ook al zijn ze helemaal gevlekt en hebben ze vaak rare vormen.
Enfin, bepakt en bezakt hijsen we alle boodschappen weer in de bijboot en tuffen terug naar de boot. Dan moet er onder de banken en in bakken weer een plaatsje gevonden worden voor al die spullen. We zetten de buitentafel op en nemen een laat ontbijt met al die lekkere verse spullen. Vooral eieren zijn hier bijzonder lekker, maar ja, hoe kan het ook anders, de kippen, hanen en kuikens lopen voor de deur van de supermarkt te scharrelen.
Als je op zo’n kleine ruimte leeft moet de woonruimte ook goed schoongehouden worden. Het is natuurlijk ook erg heet, dus lakens vaak verschonen, handdoeken wassen. Dus gaan we op zoek naar een wasmachine. Elk huisje met een wasmachine heeft een bordje “laundrette” buiten hangen. Of, de boys komen met hun gammele bootjes langszij om te vragen of je nog was hebt. En passant verkopen ze je dan ook nog grote trossen bananen of ander fruit. Grappig is dan dat je, als je een paar uur later door het dorp loopt, je je eigen was aan de lijn ziet hangen, niet lekker op een lange draad wapperend, maar alles bovenop elkaar op een kort touwtje boven een zanderig binnenplaatsje. Is er geen ruimte op het touwtje dan over een roestige schutting.
Watertanks vullen voor wassen en koken is ook niet altijd zomaar gedaan. Op Antigua kwam er soms zelfs helemaal geen water uit de kraan. Wegens droogte, maar bij doorvragen bleek het meer een politieke kwestie; er was 3 miljoen zoek, benodigd om de ontziltingsinstallatie te repareren. In St. John’s, de hoofdstad van Antigua maakten we nog deze foto van een politieke held uit de jaren 70. Het meest afschuwelijke standbeeld dat ik ooit gezien heb, alsof hij uit zijn graf oprijst.
Als er geen steiger is om aan te leggen en de watertank bij te vullen, moet je echt handtankjes gaan vullen aan een kraantje ergens. Niet erg, maar sommige vragen zich af wat wij de hele dag zo doen.
Hoewel we een sterke wifi internet antenne hebben, moeten we toch vaak met de laptop naar een internetcafeetje. Website bijwerken, mailtjes versturen en zo ben je weer een paar uurtjes verder. Sommige dagen doen we dit allemaal niet en trekken we het land in als we zeker weten dat de boot veilig ligt. We nemen de bus, altijd gezellig druk want de chauffeur wacht tot hij helemaal vol zit.
Grote steden zijn er niet op de eilanden dus die hoofdstadjes heb je zo gezien. Op de tijd dat we er rondlopen is het meestal ook veel te heet.
’s Avonds om 6 uur gaat de zon onder en om half 7 is het helemaal donker. Vaak zitten we dan bij andere zeilers of drinken zij bij ons aan boord een glaasje. Voor je het weet is het dan weer 8 uur, koel genoeg om lekker uitgebreid te koken en te eten. Daarna een spannend boek en vroeg te kooi.
Wat zullen we morgen eens gaan doen? Nou, lekker dagje zeilen naar het volgende eiland en daar dan weer op zoek naar water, water, bier, vers voedsel en gezellige zeilers. En niet vergeten in- en uit te klaren.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten