woensdag 7 juli 2010

North Carolina


Zicht op de ankerplaats voor Belhaven

In North Carolina zijn we op een aantal plaatsen wat langer gebleven. Independence Day (4th of July) hebben we gevierd in het plaatsje Belhaven. Voor het stadje was een grote ankerplaats, afgeschermd door een soort wal, aangelegd nadat het stadje verschillende keren ondergelopen is tijdens een hurricane (2 keer in de 90tiger jaren en de laatste keer in 2003). Na deze stormen hebben de meeste inwoners ook hun huizen (allemaal van hout) opgetild. Niet mooi, maar wel afdoende tegen het water. De meeste huizen staan hier ook aan het water en hebben meestal ook een eigen steiger met een bootje.


Alle huizen versierd vanwege 4th of July


Independence Day wordt bijna hetzelfde gevierd als Koninginnedag.




Er is een optocht en het leek er op dat alle bewoners er waren om te kijken.
Kraampjes met eten en drinken. Muziekbands. Tractorpulling, grasmaaiwedstrijden. Er was ook een hot-dog-eating-contest. Hans had zich aangemeld! Omdat zich verder niemand aangemeld had voor de wedstrijd was hij automatisch de winnaar!


Samen met Ed en Griet van de Styx uit Marken storten wij ons in het feestgedruis en eten met 4 man een funnel-cake (soort oliebollendeeg, heel lekker) die elke Amerikaan gemakkelijk alleen op kan.

We hadden ook nog een ontmoeting met

burgemeester Adam O’Neill van Belhaven

die ons spontaan uitnodigde voor een cook-out bij hem thuis in de tuin na de parade. Een varken aan het spit, veel kip op de bbq. Schalen met de heerlijkste salades en taarten kwamen uit alle auto’s van de genodigden. Het was heerlijk en heel leuk. Ik denk dat we met alle inwoners van het stadje wel hebben kennisgemaakt.

Verder hebben we in North Carolina ook genoten van het strand. In het zuiden van N.C. loopt de Intracoastal Waterway vlak achter het strand. Ook hier is het vakantietijd en was het druk in Carolina Beach en Wrightville Beach. We nemen een kleine afslag van de ICW en ankeren in een plas vlak achter het strand. We peddelen met de dinghy naar de kant, binden het bootje vast aan een steigertje, steken de weg over en lopen zo het strand op. Heerlijk gezwommen in prachtig helder groen/blauw water. Het was al weken heel erg heet en we waren er wel aan toe. Helaas kunnen we in de rivieren meestal niet zwemmen, bruin water, niet aantrekkelijk.



Bijna elke dag is er onweersdreiging

Slechts 1 keer hebben we een onweersbui op ons kop gehad. We waren net geankerd toen het geweld losbarstte. Gelukkig was het na een uurtje weer over. De dagen daarna was het ook een stuk koeler en kwam de temperatuur in de boot weer eens onder de 30 graden.

Als we in Wrightville Beach zijn gaan we met de bus naar Wilmington want dat moeten we volgens de bewoners daar gezien hebben. Historic waterfront, nou dat viel tegen. Er was niet veel te zien en de stad leek wel uitgestorven. Wat we wel bezocht hebben is een oud marineschip dat voor het laatst gevaren heeft tijdens de tweede wereldoorlog.


Het schip lag er maar raar bij op de zandbank

Het was heel interessant te zien hoe al die mannen leefden op zo’n schip in die tijd. Alles was nog te zien in de originele staat: de wasserij, de postkamer, de operatiezaal, de tandartskamer. Alle mannen sliepen ook in de kamers waar zij werkten op bedjes die overdag hoog opgeklapt waren tegen de muur.



De kanonlopen waren ook wel indrukwekkend


Hans genoot natuurlijk van de machinekamers


In Wrightsville Beach is vlakbij onze ankerplaats een Inlet waardoor we naar zee kunnen (of heet het dan Outlet). Er zijn niet veel Inlets waardoor je veilig naar buiten kunt. De meesten zijn verzand met gevaarlijke ondieptes. Deze is diep en veilig genoeg om bij hoog water door naar zee te varen. In het stuk ICW dat voor ons ligt zijn nogal wat obstakels. Zo is er Camp Lejeune waar soldaten in opleiding leren schieten. De ICW kan daardoor urenlang afgesloten zijn. Dus gaan we “buitenom”. We vertrekken om 6 uur op hoog water en varen een nachtje door naar Beaufort. Een Inlet binnenvaren is soms ook tricky, zeker als de stroom naar buiten is en er flinke golven staan als het waait. Het water is dan heel woelig, draaikolken en best gevaarlijk omdat je toch vlak langs het ondiepe strand vaart. Maar na een paar honderd meter is het dan direkt weer rustig. We ankeren een paar dagen in Beaufort. Doen weer wat huishoudelijke dingen zoals de boot uitsoppen. Ik stop 4 van de 10 wasmachines vol met stinkend wasgoed. Naden van de huik weer vastnaaien met de naaimachine. Zijn niet gescheurd maar het garen verdwijnt gewoon in de zon.

Vanaf Beaufort (hier spreken ze het als bowfort en Beaufort Zuid Carolina spreken ze het uit als bewfurt) varen we weer binnendoor en ankeren we een paar dagen in Oriental. Een vissersplaatsje aan de rivier met 800 inwoners, 4 jachthavens en met weer schattige huizen.




Zoals overal in Amerika, ook hier weer heel veel verbodsborden

Na een heel bijzonder lang weekend in Belhaven vertrekken we weer. Het is 3 dagen varen naar Elizabeth City. We varen op de Allegator River en ankeren aan de kant van de rivier, in de verte slechts een paar andere ankeraars, maar verder in de omgeving niets te zien, alleen de natuur. De volgende dag is er weer niet veel wind en moeten we nodig diesel tanken. Er is een brede brug over de rivier. Als we door de brugopening zijn gevaren, zie ik met de verrekijker aan het einde van de brug aan de oever van de rivier een Shell benzinestation. We varen naar de kant, gooien het anker uit en halen met de dinghy een aantal jerrycans diesel. Wat een gelukkig toeval want veel bewoonde wereld of marina's zullen we de komende dagen niet vinden. Verderop overnachten we weer aan de kant van de rivier. De dag daarna is er wind en zeilen we over de Albemarle Sound, een heel breed water vergelijkbaar met het IJsselmeer. We draaien de Pasquotank River op en aan het einde van de dag zijn we in Elizabeth City. Het is 37 graden!!


In Elizabeth City worden we op heel vriendelijke manier ontvangen. Boten mogen hier gratis in het city dock liggen, middenin het stadje. We krijgen hulp met aanleggen en als er 4 boten zijn wordt er een welkomsparty georganiseerd. We zijn de vierde boot die binnenkomt, dus is er bier, wijn, crackers, kaas en een hoop folders. We liggen hier samen met nog een nederlandse boot, een australische boot en amerikaanse reizigers en het is weer even heel gezellig. De eerste keer op deze reis dat we weer in een haventje liggen.



Dezelfde avond gaan we met heel veel bewoners van het stadje, op het grasveld zitten en wordt er in de open lucht een film vertoond. Ook weer heel apart. Het stadje zelf lijkt erg te lijden onder de economische malaise. Bijna alle winkelpanden zijn gesloten en alles staat te koop. We worden door de supermarkt opgehaald en weer teruggebracht. Over hospitality gesproken! Wat dat betreft overtreft North Carolina alle andere staten.

Morgen trekken we weer verder voor onze laatste etappe van de Intracoastal Waterway. We varen door het Dismal Swamp Canal, een kanaal met een lange historie.

Verder alles prima op de Foetsie.

3 opmerkingen:

kim zei

die mayor, geweldig!!

Jose zei

Wij weten nu ook hoe 37 graden voelt!!
Amerikanen zijn dus best wel aardig?
liefs Jose

Unknown zei

Ziet er zelfs pittoresque uit daar! Leuke plaatjes ook weer. En grappig dat ze een feestje vieren bij de vierde boot die binnenkomt, dat zal je niet vaak meemaken? Dank voor verjaardagkaartje! Leuk!
Kus Sophie